18 maart 2011

Culthelden uit de eredivisie: Edward Sturing

De Nederlandse eredivisie is al sinds haar oprichting een onuitputtelijke kweekvijver van onaangepaste woestelingen, zwijgzame schavers, kettingrokende drankorgels, aardsluie artiesten en recalcitrante exoten. Types die van alles of juist helemaal niks kunnen met een bal, en die met hun opvallende voorkomen totaal ongevoelig zijn voor elke vorm van coaching anders dan “als ik een bordje met je nummer opsteek, mag je gaan douchen”. Types, anders gezegd, als Edward Sturing.

Van culthelden, is mijn overtuiging, is het niet nodig meer te weten dan je al doet. Sterker, informatie gaat ten koste van de mythe, dus in deze rubriek zal ik me vrijwel volledig baseren op volstrekt willekeurige aannames. Van Edward Sturing hoeft een mens ook niet veel meer te weten dan dat hij zijn hele carrière rechtsback stond bij Vitesse, waar hij zijn heldenstatus verwierf door een jaar of 15 onafgebroken langs de zijlijn te hollen met een piekfijn blond kuifje dat keurig waterpas doorliep naar achteren en opzij.

Na de wedstrijd gingen alle spelers voor het betreden van de kleedkamer even langs Edward om het zand van de kicksen te poetsen op zijn geduldige kruin. Tot zover de feiten.

Edward heeft dus ogenschijnlijk moeiteloos twee belangrijke criteria afgevinkt: niks kunnen met een bal en een geestige kop. Als cultheld ku
n je bovendien twee dingen doen. A: anderhalf jaar nadat je met een bal onder je arm uit de struikjes het trainingsveld opliep om Jaap Stam twee keer te poorten ben je weer even plotseling verdwenen voor een jaartje wegkwijnen in de Hongaarse tweede divisie. Of B: de stoeltjes in het stadion zijn al zeven keer wegens slijtage vervangen terwijl jij twee jaar ouder dan de trainer nog ongestoord elke dag als eerste met je klossen aan op het veld staat. Het tweede type heeft alle dieptepunten meegemaakt, maar staat er nog. Net als de supporters. Sturing is er zo eentje.

Toen hij voor het eerst wat hardop zei was het ook gelijk raak. Edward, om hem van het veld af te krijgen maar in een trainerskostuum gestoken, verloor van PSV, wat hem tot een tirade verleidde in een even prachtige als passende eenvoud: “Lekker PSV hè? Lekker PSV!” (x3 en met af en toe wat spuug). Hij vond het zo verdomd lekker van PSV dat hij zijn eigen cluppie na een mensenleven trouwe dienst de rug toekeerde om zijn loopbaan te vervolgen op de Herdgang. Sindsdien heeft PSV er een cultheld bij. Minstens tot 2056.

3 opmerkingen:

  1. Die man rechts die 's ochtends met een stomphamer en een stoomwals zijn kapsel tot een keurig plateautje heeft staan boetseren.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Hoe is het mogelijk?!?! Ik heb van deze Dude gehoord!

    BeantwoordenVerwijderen